26 november 2024 – Handhaven in verband met schijnzelfstandigheid

De media staan er bol van: hoe moet het straks – vanaf 1 januari 2025 – als de Belastingdienst gaat handhaven i.v.m. schijnzelfstandigheid? Vooral binnen de sectoren zorg, onderwijs en bouw is de onrust groot. Niet voor niets, omdat daar relatief veel zelfstandigen werkzaam zijn die voorheen hetzelfde werk deden in loondienstverband en/of werk verrichten dat – op hetzelfde moment – ook wordt gedaan door “echte” werknemers.

De Rijksoverheid / Belastingdienst probeert al maanden duidelijkheid te verschaffen over de vraag wanneer sprake is van een werknemer, en wanneer nu sprake is van een (schijn)zelfstandige. Kennelijk is en blijft dat lastig, dat ook blijkt uit de vele kritische commentaren. Een recent door de Belastingdienst toegevoegd “hulpmiddel” is de Toelichting beoordeling arbeidsrelaties, via deze link te vinden.

Het laatste woord is hierover nog niet gezegd en geschreven. Bij vragen over deze ingewikkelde materie ben ik uiteraard bereikbaar.

1 november 2024 – Erwin van Os-Advocatuur in het FD

Onlangs heeft het Financieele Dagblad (FD) mijn visie gevraagd in verband met de recente ontwikkelingen rondom Europarcs. Directe aanleiding was de uitspraak van de rechtbank Amsterdam van 12 juni jl., welke uitspraak op 19 augustus jl. is gepubliceerd op rechtspraak.nl. Als ervaringsdeskundige op het gebied van recreatiewoningen heb ik mijn bijdrage geleverd aan het door het FD – vandaag – gepubliceerde artikel over Europarcs.

Voor vragen over het betreffende artikel in het FD, of over uw eigen ervaringen met vakantieparken, ben ik graag bereikbaar.

6 september 2024 – Laatste stand van zaken: volledige handhaving op schijnzelfstandigheid

Over het handhavingsmoratorium heeft gister een “rondetafelgesprek” plaatsgevonden tussen de Belastingdienst, enkele leden van de Tweede Kamer en belangenorganisaties van zelfstandigen. Vandaag is de Tweede Kamer door het kabinet op de hoogte gebracht over hoe het kabinet naar de zzp-problematiek kijkt. De bedoeling is dat de Kamer en het kabinet hierover op korte termijn debatteren.

Op de website van de Rijksoverheid stond aan het einde van de dag de laatste stand van zaken.

25 juni 2024 – Wetsvoorstel Verduidelijking beoordeling arbeidsrelaties en rechtsvermoeden (VBAR) naar de Raad van State

In mijn nieuwsitem van 28 oktober 2023 heb ik gemeld dat de regering werkt aan een nieuwe wet: de Wet verduidelijking beoordeling arbeidsrelaties en rechtsvermoeden. Het wetsvoorstel is inmiddels naar de Raad van State gestuurd, zie het nieuwsbericht van de Rijksoverheid van 20 juni jl.

30 mei 2024 – Concurrentiebeding in overeenkomst van opdracht

In arbeidsovereenkomsten wordt regelmatig een concurrentiebeding opgenomen. Met name bij functies waarbij de werknemer de beschikking heeft over – vertrouwelijke – interne informatie van zijn werkgever is dat het geval.

Maar ook in een overeenkomst van opdracht wordt soms een concurrentiebeding opgenomen. In dat geval wordt vaak een eigen onaanvaardbaarheidsmaatstaf gehanteerd door de rechter, om te bepalen of in voorkomend geval een beroep op het concurrentiebeding kan worden gedaan. Die maatstaf wordt meestal gebaseerd op artikel 6:248 lid 2 BW, en niet op het voor arbeidsrechtelijke concurrentiebedingen geldende artikel 7:653 BW. Voornoemde onaanvaardbaarheidsmaatstaf kwam naar voren in een recent gepubliceerde uitspraak van de rechtbank Rotterdam.

Bij vragen over concurrentiebedingen, in zowel de arbeidsovereenkomst als de overeenkomst van opdracht, ben ik uiteraard bereikbaar.

25 april 2024 – Beleid werkgever in verband met doxing

Doxing is vanaf 1 januari jl. strafbaar gesteld. Daarnaast is sprake van een overtreding van de Algemene verordening gegevensbescherming (AVG). Volgens de Autoriteit Persoonsgegevens is “doxing” het verzamelen of openbaar maken van persoonsgegevens van iemand anders, met het doel om diegene bang te maken of lastig te vallen. Bijvoorbeeld door een woonadres of telefoonnummer online te plaatsen.

Als zoiets je werknemer overkomt, kan dit grote gevolgen hebben. Wat kan je als werkgever daaraan doen?

Op grond van de Arbeidsomstandighedenwet (Arbowet) moet de werkgever een beleid voeren gericht op het voorkomen of beperken van psychosociale arbeidsbelasting. Als de kans op doxing reëel is, dan is het zinvol om dit onderwerp uit te werken in specifiek beleid. Op die manier kan de werkgever gericht handelen als doxing zich voordoet.

Voorzorgsmaatregelen
Natuurlijk kunnen werknemers zelf ook voorzorgsmaatregelen nemen. Zijn bepaalde persoonsgegevens bijvoorbeeld online te vinden? Als werkgever kan je werknemers daarop wijzen, en vragen om dergelijke gegevens te (laten) verwijderen.

Intern meldpunt
Het is belangrijk dat een incident zo snel mogelijk gemeld wordt bij het interne meldpunt van de onderneming. Bepaald moet worden welke vervolgacties nodig zijn. Denk daarbij aan het verzamelen van bewijsmateriaal van doxing, zoals datum, plaats en webadres.

———-

Gelet op de zorgplicht van de werkgever is het (extra) belangrijk geworden om een beleid te voeren gericht op het tegengaan of verkleinen van het risico op doxing. Bij vragen hierover ben ik graag bereikbaar.

27 maart 2024 – Vrij krijgen op een officiële feestdag?

In de wet is niet geregeld dat de werkgever zijn werknemers een vrije dag moet geven op officiële feestdagen. Er bestaat dus geen wettelijk recht op een vrije dag op officiële feestdagen. Dit hangt af van wat daarover in de arbeidsovereenkomst of in de cao – als die tenminste van toepassing is – is overeengekomen.

Bij vragen over dit onderwerp ben ik graag bereikbaar.

26 februari 2024 – De kleine lettertjes en de toepasselijkheid daarvan

Om de kennis op te frissen: om toe te komen aan de inhoud van algemene voorwaarden, moeten deze – eerst – op de juiste manier van toepassing zijn verklaard.

Voor dienstverrichters geldt dat de algemene voorwaarden gemakkelijk elektronisch toegankelijk moeten zijn, aldus artikel 6:230c van het Burgerlijk Wetboek. De Hoge Raad heeft medio 2023 bepaald dat de enkele verwijzing naar een website voldoende is, mits de algemene voorwaarden op die website “zonder noemenswaardige inspanning” te vinden zijn.

Maar wat moet onder “noemenswaardig” worden verstaan? Dat kan nog knap lastig zijn, en daarmee risicovol. Immers: als later – tijdens een gerechtelijke procedure bijvoorbeeld – zou blijken dat er wel noemenswaardige inspanning nodig is om de algemene voorwaarden te vinden, dan zijn deze niet van toepassing. Het kan daarom nuttig zijn om onderaan de homepage of in het hoofdmenu een vermelding met link naar de algemene voorwaarden te plaatsen. Het (tijdig) inwinnen van juridisch advies hierbij is aan te raden.

Voor de volledigheid: voor niet-dienstverrichters geldt een strenger – wettelijk geregeld – regime om algemene voorwaarden van toepassing te verklaren. De gebruiker van algemene voorwaarden moet zijn wederpartij een redelijke mogelijkheid bieden om van de algemene voorwaarden kennis te nemen. Bij “offline” gesloten overeenkomsten dienen de voorwaarden als uitgangspunt fysiek ter hand te worden gesteld. De voorwaarden mogen pas elektronisch ter beschikking worden gesteld indien de wederpartij daarmee uitdrukkelijk heeft ingestemd. Bij “online” overeenkomsten is online terbeschikkingstelling de regel.

Hierover valt uiteraard veel meer te melden. Bij vragen over dit onderwerp ben ik graag bereikbaar.

23 januari 2024 – Veranderingen op arbeidsrechtelijk gebied

Hieronder volgen de belangrijkste veranderingen op arbeidsrechtelijk gebied, per 1 januari 2024:

 

  1. Invoering minimumuurloon

Het minimum dag-, week- en maandloon maakt plaats voor een minimumuurloon dat voor iedere werknemer geldt. Met het minimumuurloon komt een einde aan de situatie dat werknemers met een 40-urige werkweek een lager uurloon hebben dan werknemers bij ondernemingen waar een fulltime werkweek uit 36 uur bestaat.

  1. Wet Bescherming Klokkenluiders geldt (ook) gedeeltelijk voor middelgrote werkgevers

De Wet Bescherming Klokkenluiders is voor grote werkgevers (≥250 werknemers) begin 2023 gedeeltelijk in werking getreden en voor middelgrote werkgevers (≥50–249 werknemers) op 17 december 2023. Gedeeltelijk, want de sanctiemogelijkheden en de wijze van anonieme melding moeten nog worden uitgewerkt. Grote en middelgrote werkgevers moeten nu voldoen aan de nieuwe Klokkenluiderswet en hun interne meldregelingen hebben aangepast.

  1. Stijging onbelaste reiskostenvergoeding en onbelaste thuiswerkvergoeding

De onbelaste reiskostenvergoeding stijgt van € 0,21 naar maximaal € 0,23 per kilometer en de onbelaste thuiswerkvergoeding wordt verhoogd van € 2,15 naar maximaal € 2,35 per dag.

  1. Pensioenopbouw

Met de inwerkingtreding van de Wet toekomst pensioenen is de toetredingsleeftijd voor pensioenopbouw van werknemers verlaagd van 21 naar 18 jaar.

  1. Maximum transitievergoeding

De maximale transitievergoeding bedraagt met ingang van 1 januari 20234 € 94.000,- bruto (tot 1 januari jl. was dit € 89.000,- bruto).

 

En vanaf 1 juli 2024:

  1. Registratie CO2-uitstoot

Grote werkgevers (≥100 werknemers) moeten vanaf 1 juli 2024 ieder jaar de CO2-uitstoot van hun werknemers gaan bijhouden en hierover uiterlijk op 30 juni rapporteren aan de overheid. Hieronder valt de CO2-uitstoot van alle zakelijke reizen en het woon-werkverkeer.

28 oktober 2023 – Nieuwe ZZP-wetgeving in de maak

De regering werkt aan een nieuwe wet die zal gaan gelden voor alle sectoren: de Wet verduidelijking beoordeling arbeidsrelaties en rechtsvermoeden. Graag verwijs ik verder naar het op mijn (andere) website zojuist gepubliceerde artikel.